Het licht dat we delen 2025

Published on December 20, 2025 at 5:14 PM

Het Licht dat We Delen

 

Een kerstverhaal voor veteranen en hun dierbaren

 

De winter had het land stil gemaakt. In het donker van december leken de dagen korter dan ooit, en de nacht leek soms alle kleuren te willen opslokken. Maar in het kleine Veteranenhuis aan de rand van het dorp brandde één lichtje dat nooit doofde: de lantaarn bij de ingang.

 

Die lantaarn werd elk jaar met Kerstmis aangestoken door iemand die een bijzonder verhaal bij zich droeg. Dit jaar was het de beurt aan Daniël, een veteraan die al lang thuis was, maar nog steeds zijn strijd leverde met herinneringen die soms harder fluisterden dan hij liefhad.

Zijn dochtertje Noor liep naast hem, haar hand warm en klein in de zijne.

 

“Papa,” vroeg ze zacht, “waarom moeten wij het lichtje aansteken?”

 

Daniël glimlachte, al moest hij daarvoor een trilling in zijn stem wegslikken.

“Omdat licht pas écht betekenis krijgt wanneer je het deelt,” zei hij. “En wie ooit door het donker is gegaan, weet hoe belangrijk het is om een lichtje te zien.”

 

Binnen in het huis verzamelden zich andere veteranen en families. Sommigen stonden dicht bij elkaar, anderen bleven wat op afstand, ieder met zijn eigen verhaal, zijn eigen stilte. Maar allemaal keken ze uit naar dit moment. Niet omdat de lantaarn zo bijzonder was, maar omdat het ritueel hen verbond: met elkaar, met degenen die ze verloren, en met degenen die hen thuis waren blijven dragen.

 

Daniël knielde neer bij de lantaarn. Even aarzelde hij. Hij voelde een hand op zijn schouder. Het was zijn oude kameraad Ruben.

 

“Je bent niet alleen,” zei Ruben. “Dat was je nooit.”

 

En met die woorden eenvoudig, eerlijk vond Daniël de kracht om de lucifer te strijken.

Het kleine vlammetje flakkerde, wankel in de koude lucht. Maar toen het de lont bereikte, vulde warm licht het glas van de lantaarn. Het schijnsel viel op gezichten, op ogen die zoveel hadden gezien, en op glimlachen die langzaam terugkeerden.

 

Noor keek naar haar vader.

“Zie je wel,” fluisterde ze, “licht wint altijd van donker.”

 

En voor het eerst in lange tijd voelde Daniël dat ze gelijk had. Niet omdat het donker verdween, maar omdat ze het samen droegen. Het licht was geen symbool van perfectie, maar van moed: de moed om elke dag opnieuw op te staan, om elkaar vast te houden, om niet alleen te lopen.

 

Die avond, toen iedereen samen binnen zat, warm en dicht bij elkaar, leek het alsof het licht van de lantaarn door ieder van hen werd meegenomen. Een stille belofte dat zolang er mensen waren die elkaars hand vasthielden, niemand ooit volledig in het donker stond.

 

En zo werd het kerstfeest het feest van het gedeelde licht, een licht dat door veteranen en hun families sterker brandde dan welke winteravond ook.

 

Debbie Hellenbrand

 

Add comment

Comments

There are no comments yet.